Right to Repair heeft een uitgebreid overzicht gepubliceerd van verschillende reparatievouchers in Europa.
Volgens de schrijvers van het blogbericht zijn reparatievoucherprogramma’s een effectief middel om bewuste consumptie te bevorderen en de levensduur van producten te verlengen. Het gaat om financiële stimuleringsmaatregelen die burgers aansporen defecte of beschadigde items te laten repareren. De reparatievouchers omvatten doorgaans financiële steun of kortingen voor reparatiediensten. Dat varieert van directe subsidies en kortingen tot feitelijke vouchers.
Goede voorbeelden van reparatievouchers
Het blogbericht biedt een overzicht van bestaande reparatievoucherprogramma’s in verschillende Europese landen, waaronder Oostenrijk, Frankrijk, Duitsland, en andere. Right to Repair noemt voorbeelden uit Oostenrijk, Frankrijk en verschillende Duitse deelstaten. Zo komen apparaten in Oostenrijk in aanmerking voor een maximale voucher van 200 euro of 50 procent van het factuurbedrag, met een onbeperkt aantal aanvragen per persoon in een programma dat deels Europees gefinancierd is. Frankrijk biedt vouchers van 7 euro tot 50 euro in een programma dat in 2023 is gegroeid naar 41 miljoen euro. Thüringen biedt een maximum van 100 euro of 50 procent van het factuurbedrag.
Right to Repair geeft op basis van de programma’s in Oostenrijk en Thüringen verschillende aanbevelingen. Voorbeelden daarvan zijn het belang van een passend financieringsbedrag, lage toetredingsdrempels voor reparatiebedrijven, voorspelbaarheid voor bedrijven, en een eenvoudig aanvraagproces.
De stichting blijft erop hameren dat dat reparatievouchers alleen succesvol kunnen zijn als apparaten ook daadwerkelijk te repareren zijn. Niet alleen moeten producten met reparatie in het achterhoofd ontworpen zijn, ook moeten reserveonderdelen betaalbaar en onafhankelijk van de fabrikant verkrijgbaar zijn, aldus Right to Repair.
